Grens vrijstelling ficheverplichting 281.50 van € 125 naar € 250
Een fiche 281.50 moet opgemaakt worden zo uw onderneming o.m. commissies, makelaarslonen, erelonen, vergoeding of voordelen alle aard heeft toegekend aan een zelfstandige dienstverlener.
-
Geld uit uw vennootschap halen via de toekenning van dividenden
Onder een dividend verstaan we de vergoeding die u als aandeelhouder krijgt op de zgn. inbrengen van geld of goederen.
-
Verkoop van aandelen: wat als de betaling uitblijft en uw vordering dreigt te verjaren?
U heeft een bedrijf en verkocht een groot pakket aandelen aan uw zoon. Nu, jaren later, ontstaat er wrevel omdat de betaling achter blijft. U vraagt zich af of uw vordering kan verjaren en wat u kan doen.
-
Eindejaarsdiner of receptie voor klanten
Met een klant uit eten gaan met nieuwjaar of liever een eindejaarsreceptie met catering organiseren? Voor de fiscus is dat niet hetzelfde: restaurantkosten en receptiekosten worden anders behandeld, zowel in de inkomstenbelastingen als in de btw.
Een fiche 281.50 moet opgemaakt worden zo uw onderneming o.m. commissies, makelaarslonen, erelonen, vergoeding of voordelen alle aard heeft toegekend aan een zelfstandige dienstverlener. Wordt er geen fiche opgemaakt, dan zijn de kosten niet fiscaal aftrekbaar. Daarenboven kunnen vennootschappen gesanctioneerd worden met een zgn. aanslag geheime commissielonen. De fiche moet ingediend worden vóór 30 juni van het jaar volgend op het jaar waarin de commissies, erelonen,… toegekend werden.
De ficheverplichting geldt niet altijd. Zo moet er o.m. geen fiche opgemaakt worden voor erelonen of commissies toegekend vanaf 01.01.2021 aan leveranciers of dienstverleners gevestigd in de EER die voor hun handelingen een regelmatige btw-factuur of document in de plaats daarvan (= creditnota of een vereenvoudigde factuur, alsook het bijzonder stuk inzake btw-eenheid) hebben uitgereikt.
Tevens is voorzien dat er geen fiche moet opgemaakt worden voor erelonen, commissies of andere verleende voordelen waarvan het totale bedrag of de totale waarde per verkrijger en per kalenderjaar niet hoger is dan € 125. Die grens is verhoogd naar € 250. Die aanpassing is gebeurd bij KB van 10 april 2022, BS 26 april 2022 en treedt in werking vanaf 6 mei 2022 (10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad).