Voorwaarden Rulingdienst omtrent verhuur vakantieverblijf met btw
De verhuur van een onroerend goed is in principe vrijgesteld van btw waardoor de verhuurder geen btw kan recupereren op o.m. oprichtingskosten of kosten van onderhoud aan het betreffende onroerend goed.
-
Aangifte PB specifieke inkomsten
-
Retro-actieve versoepeling voorwaarden buitenlandse dagvergoeding
In een recente circulaire over de buitenlandse dagvergoeding (Circ. 2025/C/70, 27.10.2025) zijn de regels rond de duur van de dienstreis en de behandeling van de vertrek- en terugkomdagen aangepast. Deze aanpassingen gelden retro-actief vanaf 1 januari 2025.
-
Nog een niet-elektrische auto aankopen met uw vennootschap in 2025?
Overweegt u om met uw vennootschap een niet volledig elektrische wagen aan te schaffen en de kosten fiscaal af te trekken in de vennootschapsbelasting? Dan moet u snel zijn: alleen voor auto’s waarvan de bestelbon voor 1 januari 2026 ondertekend wordt, blijven de kosten aftrekbaar.
De verhuur van een onroerend goed is in principe vrijgesteld van btw waardoor de verhuurder geen btw kan recupereren op o.m. oprichtingskosten of kosten van onderhoud aan het betreffende onroerend goed. Een uitzondering op de regel is het verschaffen van hoteldiensten. Concreet, het verschaffen van gemeubeld logies in hotels, motels en soortgelijke inrichtingen waar aan betalende gasten onderdak verleend wordt, is niet vrijgesteld van btw met gevolg dat er wel een recht op btw-aftrek is voor de dienstverlener/hoteluitbater.
De discussie is altijd geweest hoe het onderscheid tussen een loutere verhuur en het verschaffen van hoteldiensten moet gemaakt worden. Van dat laatste kan volgens de Btw-Administratie maar sprake zijn als er sprake is van een dienstenpakket, nl. niet enkel de aanwezigheid van een onthaalservice gedurende een groot gedeelte van de dag is van belang, maar daarnaast moet ook een van de volgende diensten aangeboden worden, zijnde regelmatig onderhoud en schoonmaak tijdens het verblijf, het verschaffen en verversen van huishoudlinnen tijdens het verblijf, of het verschaffen van een ontbijt.
Onlangs heeft de Rulingdienst nog een uitspraak gedaan dat aanleunt bij de visie van de Btw-Administratie. De Rulingdienst stelt nl. dat er sprake moet zijn van een dienstenpakket dat tegen een enige forfaitaire prijs aangeboden om te kunnen spreken van een btw-belastbare hoteldienst (voorafg. besl. nr. 2020.1657, 18.08.2020). De Rulingdienst stelt in casu concreet dat een schoonmaak voor en na het verblijf van maximaal zeven dagen volstaat om van een hoteldienst te kunnen spreken. Het huishoudlinnen mag om de vier dagen vervangen worden. Als een quasi permanente bereikbaarheid gerealiseerd kan worden door middel van een digitale en telefonische receptie, dan volstaat ook voor de Rulingdienst.