Twee auto’s voor één bedrijfsleider: mag dat in uw vennootschap?
Een vennootschap mag in principe de kosten van meerdere wagens aftrekken, maar het beroepsmatig gebruik moet voor elke auto apart bewezen worden. De bewijslast hiervoor ligt bij de vennootschap.
-
Geld uit uw vennootschap halen via de toekenning van dividenden
Onder een dividend verstaan we de vergoeding die u als aandeelhouder krijgt op de zgn. inbrengen van geld of goederen.
-
Verkoop van aandelen: wat als de betaling uitblijft en uw vordering dreigt te verjaren?
U heeft een bedrijf en verkocht een groot pakket aandelen aan uw zoon. Nu, jaren later, ontstaat er wrevel omdat de betaling achter blijft. U vraagt zich af of uw vordering kan verjaren en wat u kan doen.
-
Eindejaarsdiner of receptie voor klanten
Met een klant uit eten gaan met nieuwjaar of liever een eindejaarsreceptie met catering organiseren? Voor de fiscus is dat niet hetzelfde: restaurantkosten en receptiekosten worden anders behandeld, zowel in de inkomstenbelastingen als in de btw.
Voor elke auto die u als bedrijfsleider gebruikt, moet u kunnen aantonen dat deze nodig of nuttig is voor de beroepsactiviteit. Zijn er meerdere bedrijfsleiders, dan aanvaardt de fiscus doorgaans één auto per persoon. Heeft één bedrijfsleider meerdere auto’s ter beschikking, dan vergt het bewijs van beroepsgebruik voor elke wagen afzonderlijk bijzondere aandacht. U bekijkt dit best voor de aankoop met uw dossierbeheerder.
Verschillende types voertuigen (bv. personenauto en minibus) of duidelijk onderscheiden gebruik per auto maken het bewijs eenvoudiger.
Let op: zelfs als het beroepsgebruik wordt aanvaard, kan de fiscus nog steeds een deel van de autokosten verwerpen als die overdreven lijken.