Vervoersdiensten in onderaanneming vanaf 01.04.2022 niet langer vrij van btw
De uitvoer van goederen vanuit België of vanuit een andere EU-lidstaat naar een plaats buiten de EU is vrijgesteld van btw.
-
Retro-actieve versoepeling voorwaarden buitenlandse dagvergoeding
In een recente circulaire over de buitenlandse dagvergoeding (Circ. 2025/C/70, 27.10.2025) zijn de regels rond de duur van de dienstreis en de behandeling van de vertrek- en terugkomdagen aangepast. Deze aanpassingen gelden retro-actief vanaf 1 januari 2025.
-
Nog een niet-elektrische auto aankopen met uw vennootschap in 2025?
Overweegt u om met uw vennootschap een niet volledig elektrische wagen aan te schaffen en de kosten fiscaal af te trekken in de vennootschapsbelasting? Dan moet u snel zijn: alleen voor auto’s waarvan de bestelbon voor 1 januari 2026 ondertekend wordt, blijven de kosten aftrekbaar.
-
Niet-elektronische factuur ontvangen in 2026: wat met de btw-aftrek en kostenaftrek?
Vanaf 2026 moeten Belgische btw-plichtigen onderling verplicht elektronische facturen uitwisselen via het Peppol-netwerk. Krijgt u van uw leverancier toch een papieren factuur of een pdf-factuur, dan kan dat problemen geven voor de btw-aftrek.
De uitvoer van goederen vanuit België of vanuit een andere EU-lidstaat naar een plaats buiten de EU is vrijgesteld van btw. Ook de diensten die rechtstreeks verband houden met zulke uitvoer is niet onderhevig aan btw. Het gaat daarbij o.m. om het vervoer van goederen, laden en lossen, en het opbergen en bewaren van de goederen. Het is van belang dat de dienst verricht wordt met het oog op de uitvoer of m.a.w. om de uitvoer voor te bereiden en/of mogelijk te maken.
Uit een arrest van het Hof van Justitie (C-288/16, 29.06.2016) blijkt dat, opdat een vervoersdienst rechtstreeks verband houdt met de uitvoer van goederen, vereist is dat die vervoersdienst rechtstreeks voor de uitvoerder of de ontvanger van de goederen verricht wordt. Dat impliceert dat de btw-vrijstelling slechts toegepast kan worden in de verhouding tussen enerzijds de dienstverrichter en anderzijds de afzender of de ontvanger van de goederen. Bij onderaanneming is dat volgens het Europees Hof van Justitie dus niet mogelijk. Als de dienstverrichter een beroep doet op een onderaannemer, dan mag die onderaannemer de btw-vrijstelling niet toepassen. De Btw-Administratie volgt die zienswijze. Concreet zal vanaf 1 april 2022 de toepassing van de btw-vrijstelling niet meer mogelijk zijn voor een vervoersdienst verricht door een onderaannemer (circulaire 2021/C/96 met addendum circulaire 2021/C/101). Voor de andere diensten die samenhangen met uitvoer wijzigt er evenwel niets.